Akkoord over programma voor betere e-overheid

De elektronische dienstverlening door de overheid moet een nieuwe impuls krijgen door het nationaal uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (nup). Dat uitvoeringsprogramma biedt hulp voor het ontwikkelen en invoeren van de 'e-overheid' op lokaal niveau.

De overheid is klaar met het nationaal uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (nup). Dit programma is opgesteld naar aanleiding van een rapport van de commissie Wallage/Postma. Daarin staat dat een sterkere regie nodig is bij de ontwikkeling en invoering van de digitale dienstverlening bij de lokale overheid.

Het programma is een initiatief van het Rijk, Interprovinciaal Overleg (IPO), de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG en de Unie van Waterschappen. Het is bedoeld voor dienstverlening waar meer dan een overheidsorganisatie bij betrokken is.

Minimaal noodzakelijke ict

Overheden moeten de onderdelen van hun e-overheidsprogramma’s zoveel mogelijk op elkaar afstemmen. Het programma geeft een minimaal noodzakelijke ict-infrastructuur om de doelstelling van betere dienstverlening te kunnen realiseren. Of het programma wordt uitgevoerd door overheden wordt gecontroleerd door de Regiegroep Dienstverlening en E-overheid, waarvan staatssecretaris Ank Bijleveld voorzitter is.

Het nup noemt ook concrete voorbeelden om de elektronische dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren. Één daarvan is dat overheidswebsites voor eind oktober 2010 moeten voldoen aan de webrichtlijnen. Daarmee zijn die sites ook voor visueel gehandicapten goed toegankelijk. Dat is nu lang niet altijd het geval. Daarnaast wordt in het nup het voorbeeld gegeven van het digitaal omgevingsloket. Burgers kunnen vergunningen via dit loket digitaal aanvragen.

Geen dwangmiddelen

Er zijn geen middelen om overheidsinstanties te dwingen zich aan het programma te houden. Het ministerie van Binnenlandse Zaken gaat er vanuit dat dit geen problemen oplevert. “Het is een bestuurlijke overeenkomst. De partijen hebben dit met elkaar afgesproken. Dat doen ze niet met de intentie deze afspraak niet na te komen”, aldus een woordvoerder.